NKAL

Arbeid en Longaandoeningen

   

 

Historie

Het is al lang bekend dat longaandoeningen het gevolg kunnen zijn van het werk. De Italiaanse arts Bernardo Ramazzini was rond 1700 de eerste die systematisch naar de risico’s van arbeid keek en wordt terecht beschouwd ald de eerste arbeidsgeneesheer. Hij heeft de risico’s van 52 beroepen gedocumenteerd in het standaardwerk ‘De Morbis Artificum Diatriba’. In Nederlands is Louis Heijermans de eerste die beroepsziekten sytematisch heeft beschreven iIn zijn boek ‘Handleiding tot de Kennis der Beroepsziekten’ uit 1908. Hij maakte L. Heijermans reedsdaarin onder andere melding diverse longaandoeningen zoals over o.a. de ‘Steenkoollong’ en de ‘Steenhouwerslong’. Door industriële vernieuwing en moderne technologie evenals door politieke en sociale ontwikkelingen is inmiddels veel veranderd. Door de verbetering van de arbeidsomstandigheden zijn bijvoorbeeld traditionele pneumoconiosen (stoflongen) veroorzaakt door de steenkoolmijnen in Limburg relatief zeldzaam geworden. Hierdoor is in de afgelopen decennia onterecht de indruk ontstaan dat arbeidsgerelateerde longaandoeningen tot het verleden behoren. Arbeidsgebonden longaandoeningen komen (helaas) nog veelvuldig voor. Beroepsallergieën vormen hierin een belangrijke groep.

 

Arbeidsrelevante en arbeidsgerelateerde longaandoeningen

Arbeidsrelevante longaandoeningen zijn alle longaandoeningen die het functioneren op het werk nadelig beïnvloeden, ongeacht of de oorzaak in het werk is gelegen. Longaandoeningen die ontstaan door het beroep (bijvoorbeeld beroepsastma) en aandoeningen die preëxistent aanwezig zijn en verergerd worden door het werk (bijvoorbeeld beroepsgebonden astma) zijn arbeidsgerelateerd Arbeidsrelevante longaandoeningen komen vaak voor.

 

Asbestgerelateerde aandoeningen

Voor slechts weinig stoffen kan een direct verband worden gelegd tussen blootstelling en een longaandoening. Het meest bekende voorbeeld is asbest, dat heel specifieke longafwijkingen kan geven: goedaardige verdikking van het longvlies (pleurale plaques), asbestose (een interstitiële longaandoening met fibrose) en mesothelioom. Mesothelioom wordt beschouwd als een mono-causale ziekte, die alleen door asbest kan worden veroorzaakt. Daarnaast kan asbest ook longkanker veroorzaken, maar deze aandoening is niet specifiek voor asbest, wat het aantonen van een causaal verband moeilijker maakt. Ook voor allergieën is het soms mogelijk om een direct verband tussen blootstelling en longaandoening aan te tonen of zeer plausibel te maken.    

 

Obstructieve longaandoeningen: Astma en COPD  

Geschat wordt dat bij ongeveer 15% van alle mensen met astma en 15% van alle mensen met COPD de aandoening arbeidsgerelateerd is. Aangenomen wordt dat in Nederland  ten minste 45000 personen een arbeidsgerelateerd astma hebben, met als gevolg een verlies van 1300 DALY’s per jaar. Voor volwassenen is beroepsmatige blootstelling aan allergenen een belangrijke risicofactor voor het ontwikkelen van sensibilisatie en astma. In de praktijk wordt bij individuele patiënten echter nauwelijks onderzoek gedaan naar een mogelijke oorzaak in de arbeidsomstandigheden. Oorzaak is onder andere gelegen in het ontbreken van een ‘risque professionel’. Risico’s die samenhangen met het beroep spelen in het Nederlandse stelsel voor sociale zekerheid geen rol.

 

Interstitiële longaandoeningen

Interstitiële longaandoeningen (Interstitial lung disease: ILD), een verzamelnaam voor een groot aantal aandoeningen, waaronder verschillende vormen van longfibrose en granulomateuze aandoeningen zoals sarcoïdose (geschat wordt dat 5000 tot 7000 mensen deze aandoening hebben), pneumoconiose en extrinsieke allergische alveolitis. Voor deze aandoeningen wordt verwacht dat zowel genetische als omgevingsfactoren een rol spelen. Over mogelijke risico’s op het gebied van leefstijl, milieu en arbeid is nog weinig bekend, waardoor een algemeen preventiebeleid ontbreekt. Een uitzondering wordt gevormd door beroepsmatige blootstelling of blootstelling in de hobbysfeer of woonomgeving, die een aantal ILD kunnen veroorzaken: asbestose (asbest), silicose (kwarts in bouwstof, natuursteen, keramiek) en andere pneumoconiosen, berylliose (Beryllium) en extrinsieke allergische alveolitis (micro-organismen, schimmels), bijvoorbeeld bij duivenhouders of champignonkwekers, bronchiolitis obliterans (formaldehyde of diacetyl) in de voedingsmiddelenindustrie. Preventie bestaat vooral uit beheersmaatregelen en persoonlijke bescherming.

 

Infectieziekten

Beroepsmatige blootstelling aan bacteriën en virussen kunnen infecties veroorzaken. Aan welke micro-organismen men wordt blootgesteld hangt samen met het beroep zelf, maar ook met arbeidsomstandigheden. Of een infectie optreedt hangt niet alleen af van de ziekteverwekker maar ook van de weerstand van de werknemer zelf. In de gezondheidszorg vormt blootstelling aan mycobacteriën een risico voor het ontstaan een vorm van tuberculose, voor medewerkers die met dieren omgaan zijn zoönosen een gezondheidsrisico. Naast deze specifieke beroepsrisico’s kunnen arbeidsomstandigheden een rol spelen in het optreden van infecties. Gedacht kan worden aan besmettelijke infectieziekten zoals bijvoorbeeld de griep onder medewerkers die in contact komen met elkaar of met cliënten. Maar ook aan legionella door een verontreinigde bron.          

 

Inhalatietrauma

Inhalatie van stoffen, gassen of dampen kan aanleiding zijn voor het ontwikkelen van inhalatiekoorts of  schade in de vorm van een toxische reactie in luchtwegen en alveoli.  Voorbeelden van minder schadelijke inhalatietrauma zijn metaaldampkoorts bij lassers, Organic dust toxic syndrome (ODTS) door blootstelling aan endotoxinen in de varkens- en pluimveehouderij en polymeerdampkoorts door fluorocarbon in waterafstotende sprays. Inhalatie van verstikkingsgassen (bijvoorbeeld kooldioxide of CO2, koolmonoxide of CO) kan leiden tot ernstige hypoxemie. Inhalatie van toxische gassen zoals ammoniak (NH3), chloorgas (Cl2), zwaveldioxide (SO2), stikstofmonoxide (NO) of fosgeen (COCl2) kan ernstige schade veroorzaken in de vorm van een toxische tracheobronchitis, bronchiolitis of chemische pneumonie.

 

Longaandoeningen en omgevingsfactoren

Inhaleerbare allergenen binnenshuis hebben een negatieve invloed op de klachten en het beloop van astma. Aan de andere kant bleek het creëren van een omgeving met weinig allergenen toch weinig effect te hebben op de klachten. Waarschijnlijk spelen meerdere andere factoren een rol. Allergenen in de buitenlucht, met name pollen, kunnen alleen worden vermeden door het sluiten van ramen en deuren, ventilatie van inkomende luchtstromen of binnen te blijven. Media kunnen worden ingezet om informatie te geven over de allergeen-niveaus.

Luchtverontreiniging van het binnenklimaat wordt vooral bepaald door actief en passief roken. De negatieve effecten van roken op de longfunctie en het beloop van astma zijn evident. Daarnaast zijn concentraties aan stoffen zoals stikstofoxiden, SO2, CO en CO2, formaldehyde en endotoxinen bepalend voor de kwaliteit van het binnenklimaat. Recent onderzoek laat zien dat ook rekening moet worden gehouden met verhoogde concentraties van allergenen en van  micro-organismen en schimmels, ook in Nederlandse schoolgebouwen (HITEA studie: Health Effects of Indoor Pollutants: Integrating microbial, toxicological and epidemiological approaches).  In hoeverre het verbeteren van het binnenklimaat in woningen en gebouwen ook effect heeft op het beloop van astma is nog niet goed vastgesteld. Daarnaast is luchtverontreiniging tijdens recreatie, zoals in zwembaden (blootstelling aan vluchtige en irriterende chloorverbindingen) in verband gebracht met ontwikkeling van astma. Er is nog niet voldoende informatie om te kunnen beoordelen of van een causale relatie sprake is.

Luchtverontreiniging van het buitenklimaat of fijnstof, al dan niet in combinatie met blootstelling aan allergenen, leidt tot meer klachten bij mensen met astma. Is het astma goed ingesteld en stabiel, dan is het meestal niet nodig om situaties te vermijden waarin het buitenklimaat niet optimaal is. Luchtverontreiniging is schadelijk voor mensen die reeds COPD hebben.

 

Belastbaarheid, verzuim en arbeidsongeschiktheid

Door een chronische longaandoening kan de belastbaarheid in werk afnemen. De verhouding tussen belasting en belastbaarheid zal bepalen of en in welke mate iemand nog duurzaam inzetbaar zal zijn. Aandoeningen aan de longen en luchtwegen vormen ongeveer 2% van de jaarlijkse WAO-instroom. In totaal betreft het in Nederland circa 18.000 arbeidsongeschikten.

 

Meldingen

Beroepsziekten: In 2011 is het totaal aantal door bedrijfsartsen verrichte meldingen van beroepslong –en luchtwegaandoeningen t.o.v. van 2010 met 25% gestegen (van 117 naar 145 meldingen). Dit betreft 2,1% van het totaal aantal beroepsziektemeldingen. NKAL participeert via het Peilstation Arbeidsgebonden Longaandoeningen (PAL), een alternatieve route, actief in het melden van arbeidsgerelateerde longaandoeningen aan het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten.

In 2011 zijn er 80 meldingen verricht, waarvan 67 door NKAL. Het merendeel (± 60%) van de door NKAL verrichte meldingen betrof bovenste luchtwegproblematiek (allergische rhinitis), toe te schrijven aan het gezondheidsbewakingssysteem binnen de bakkerssector (‘Blij met Stofvij’), daarnaast 11 (16%) gevallen van beroepsastma (‘bakkersastma’), voorts 8 (12%) gevallen van silicose (6 binnen de keramische industrie, 2 in bouwnijverheid), 1 geval van siderose bij een lasser een  aantal gevallen van silicose (case-finding binnen de keramische industrie) en  enkele gevallen van extrinsieke allergische alveolitis (EAA).

In 2012 werden t/m oktober jl. door NKAL 87 meldingen verricht, conform de onderstaande verdeling:

- Allergische rhinitis:   54 (62%)

- Allergisch beroepsastma: 27 (31%)

- Siderose:   1

Onder de resterende meldingen bevinden zich o.a. enkele gevallen van EAA en een geval van een interstitiële longaandoening in relatie tot blootstelling aan aluminium. Ook in 2012 kan het merendeel van de gemelde gevallen van allergische rhinitis en/of allergisch beroepsastma op het conto geschreven worden van het gezondheidsbewakingssysteem binnen de bakkerssector, maar bijv. ook aan case-finding studie in een bedrijf wat zich bezig houdt met de productie van biologische bestrijdingsmiddelen.  

 

Referenties:

1. Guidelines for the management of work-related asthma Eur Respir J 2012; 39: 529–545 X. Baur, T. Sigsgaard, T.B. Aasen, P.S. Burge, D. Heederik, P. Henneberger, P. Maestrelli, J. Rooyackers, V. Schlu¨nssen, O. Vandenplas and D. Wilken on behalf of the ERS Task Force on the Management of Work-related Asthma

2. Leidraad allergenen

3. Bronvermelding beroepsziekten (NcvB 2012)

 

 

Om Nkal.nl goed te laten functioneren maken we gebruik van cookies. Bekijk ons cookiebeleid. akkoord